Portretrecht en de Parels aan Vlaamse universiteiten

31 mei 2013 | Auteursrecht, Intellectuele Eigendom

#

Een nieuwe internetrage blijkt de aandacht te hebben getrokken van critici. Is de verdoeming van deze praktijken wel terecht?

Het nieuwe fenomeen “De Parels van (bv. UHasselt)” blijkt populariteit te vinden onder studenten aan de Vlaamse universiteiten. Elke onderwijsinstelling heeft zijn eigen Facebookpagina waar de meest beeldige medestudenten op kunnen pronken. Dit is een lokale variant van de internationaal befaamde “Spotted: (bv. UHasselt)” pagina’s en lijkt niet echt een meerwaarde te bieden aan het hele concept. De blokperiode zal er echter voor zorgen dat de meeste studenten zich maar al te graag voor dit kleine pleziertje abonneren.

DeStandaard lanceerde vandaag een artikel met mening van Leuvense studenteninspecteur Nick Vanden Bussche. In dit artikel stelde men dat de foto’s die gebruikt worden zonder toestemming van de studenten het portretrecht zouden schenden.

Daar zouden wij een kleine, doch belangrijke, nuance aan willen toevoegen. Alles wat je zelf publiek op het internet zet, bied je aan de hele wereld om te zien. Je geeft iedereen de mogelijkheid om je afbeelding te downloaden en te gebruiken zonder daar winst op te maken of aan je persoon schade te veroorzaken.

Deze figuur van de impliciete toestemming is reeds lang gekend voor “publieke figuren” zoals politici, acteurs, muzikanten, … Men gaat er immers van uit dat deze personen er bij de keuze van hun beroep impliciet mee akkoord gingen om een interesse van het publiek op te wekken en daarmee in de kijker wensen gezet te worden.

Steeds vaker werd de toets van de impliciete toestemming uitgebreid in context van het recht op privΓ© leven. Personen die op Facebook in een publieke post hun baas of leerkracht beledigden konden zich immers ook niet beroepen op hun recht op privacy aangezien ze de post zelf publiek hadden verspreid. Wanneer het niet gaat om een puur commercieel doel van de verspreider zal de impliciete toestemming sneller aanvaard worden.

Wanneer een persoon een klacht indient is het natuurlijk duidelijk dat men de impliciete toestemming wenst in te trekken omdat men er op een of andere manier schade aan ondervindt. In dat geval is het uiteraard niet meer dan rechtvaardig om de foto terug te trekken.

In conclusie, zodra de originele foto’s een wereldbolletje vertonen kunnen de Facebookpagina’s (naar mijn mening) vrij steunen op de figuur van de impliciete toestemming zolang ze geen specifieke schade aanrichten aan de persoon.

 

Deze juridische bijdrage werd geschreven door jurist Bert Nijs, redacteur voor deJuristen.

 

Onze diensten

Information Technology

Intellectuele Eigendom

Privacy

e-Compliance